Geachte deelnemers,

Als organiserende vereniging zijn wij verplicht jullie in goed Nederlands op de hoogte te stellen van een aantal voorwaarden waaraan bij deelname aan de optocht moet worden voldaan. Wij hopen dat jullie hiervoor begrip zullen opbrengen, en wensen jullie een prettige optocht en “eine sjone Vastelaovend”.

Voorwaarden Algemeen

1. Aan de optocht kan alleen worden deelgenomen door wagens en groepen die bij het bestuur van Carnavalsvereniging D’n Doal bekend zijn. Alle deelnemende motorvoertuigen en aanhangwagens dienen te voldoen aan de technische eisen welke daarvoor in de Wegenverkeerswet zijn gesteld en dienen bestuurd te worden door daartoe bevoegde personen.
2. Deelnemers onthouden zich van bedreiging, discriminatie en/of ernstige belediging en alles wat in strijd is met goede zeden.
3. Deelnemers houden zich strikt aan de aanwijzingen die door begeleiders van de optocht, de veiligheidsorganisatie, stadstoezicht, de brandweer en/of politie worden gegeven. Deelnemers die zich niet aan de aanwijzingen houden worden uit de optocht verwijderd.
4. De optocht dient zoveel mogelijk een gesloten geheel te vormen en te blijven.
5. U wordt verzocht grotere wagens na de optocht in de Steegstraat en de Hammerstraat te parkeren. Groepen en kleinere voertuigen kunnen op het Kerkplein terecht.
6. De bestuurders van voertuigen en geleiders van dieren dienen voor hun taak bekwaam zijn en te blijven.
7. Het strooien van versnaperingen e.d. is niet toegestaan. In het belang van de veiligheid van het publiek en speciaal van de kinderen mag strooien van versnaperingen alleen plaats hebben van de twee laatste wagens van de stoet (prinsewagens).
8. Het rijden met de carnavalsvoertuigen dient beperkt te blijven tot de tijd gelegen tussen een uur voor het tijdstip van opstellen en een uur na de ontbinding van de optocht.
9. Het is verboden om drukwerk en andere artikelen met een duidelijk reclamedoel te verspreiden voor tijdens of na de optocht. Gebeurt dit toch dan wordt de betreffende deelnemer uit de optocht verwijderd.
10. Het is verboden om stro, plastic confetti of ander niet of slecht afbreekbaar strooigoed te gebruiken. Alleen papieren confetti wordt geaccepteerd.
11. Afstand tussen de diverse wagens – groepen – einzelgengers bedraagt + 20 meter maar te grote gaten of opstoppingen moeten worden voorkomen.
12. Het is verboden geluid boven de wettelijke geluidsnormen te voeren (maximale gevelbelasting = 70 d(B)A).
13. Het is verboden om glaswerk, lege flessen of afval op de weg of trottoir achter te laten.
14. Let op drankgebruik tijdens de optocht: het is geen zuippartij maar een gezellig feest.
15. Deelnemers met maskerades en uitbeeldingen die naar de algemene opvattingen aanstootgevend en/of beledigend zijn, worden uitgesloten van deelname. Bij twijfel beslist de optochtcommissie
16. Niet toegestaan zijn sloopwagens of dergelijke (Niet APK gekeurd).
17. De organisatie behoudt zich het recht voor om in geval van extreme weersomstandigheden, met het oog op de veiligheid van de deelnemers en publiek, het tijdstip van de optocht te wijzigen of de optocht af te gelasten. Deelnemende wagens worden door de organisatie vooraf op windgevoeligheid, objecten, de omvang en hoogte, de draaiende en losse elementen en de positie van de mensen op de wagens (hoe hoger hoe meer risico) gecheckt.

Voorwaarden carnavalswagens

Voor zover van toepassing gelden deze voorwaarden ook voor overige deelnemers aan de optocht.

Veiligheid algemeen

• Maximale afmetingen van deelnemende voertuigen:
  –  Hoogte x breedte x lengte zie hiervoor de maximale afmetingen zoals genoemd in de voorwaarden van de organiserende vereniging.
  –  De zijkanten van de wagen dienen dicht te zijn zonder gevaarlijk uit stekende delen.
  –  De vrije hoogte van de zijkanten, gemeten vanaf het wegdek, is maximaal 30 cm.
  –  Wagens met een breedte van meer dan 250 cm zijn verplicht om begeleidende personen op de 2 voorste hoeken te laten mee lopen.
• Er mogen geen (draaiende) onderdelen boven het publiek komen.
• De wielen van zowel het voertuig als de aanhanger moet afgeschermd zijn en de zijkanten moeten worden dichtgemaakt om overrijden te voorkomen;
• Bij de wagens dienen alle draaiende delen te zijn afgeschermd, ook een eventuele cardanas tussen trekker en wagen.
• De vrije hoogte van de zijkanten, gemeten vanaf het wegdek, is maximaal 30 cm.
• Wagens met een breedte van meer dan 250 cm zijn verplicht om begeleidende personen op de 2 voorste hoeken te laten mee lopen.
• Het is verboden vuurwerk, rookbommen e.d. tijdens de optocht te ontsteken.
• Open vuur is verboden.
• Wagens zijn verplicht om goedgekeurde brandblussers met een minimuminhoud van 6 kg mee te voeren.
  –  Voor grote wagens geldt minimaal twee brandblussers en voor kleine wagens minimaal één brandblusser.
  –  De blusmiddelen dienen duidelijk zichtbaar te zijn. Per blusmiddel dient er tenminste één persoon mee te rijden, die van de bediening van dit apparaat op de hoogte is.
• Toegang tot de wagen:
  –  Het opstappen in de wagen dient uitsluitend aan de achterzijde van de wagen via een deugdelijke trap of opstap te geschieden.
  –  Opstappen tussen trekkend voertuig en wagen in, is niet toegestaan.
• Valbeveiliging
  –  Er dient een valbeveiliging aanwezig te zijn op alle delen van de wagen waar zich tijdens de optocht personen kunnen bevinden.
  –  De hoogte van de valbeveiliging dient minimaal 100 cm te zijn.
  –  De valbeveiliging dient bestand te zijn tegen de krachten die er op werken.
• Confetti kanonnen
  –  Confetti kanonnen zijn toegestaan mits vast gemonteerd en gericht over de lengte as van de wagen.
  –  Het is niet toegestaan om op personen of dieren te richten.
  –  Het confettikanon dient te zijn voorzien van een deugdelijk expansievat en reduceerventiel.
  –  De bediening van het confettikanon mag met behulp van een compressor of stikstofflessen.

Materialen

• Gebruikte materialen dienen stevig en deugdelijk bevestigd te zijn, en bestand te zijn tegen regen en wind.
• Materialen en attributen zijn dusdanig afgewerkt en bevestigd dat zij geen gevaar vormen voor overige deelnemers en toeschouwers.
• Draaiende delen dienen deugdelijk bevestigd te zijn, en zo nodig met veiligheid kabels te zijn geborgd.
• Makkelijk ontvlambare of ontploffende materialen zijn niet toegestaan.
• Beperk zoveel mogelijke het gebruik van brandbare materialen zoals plastic en piepschuim, of andere brandbare stoffen.
• Wanneer bij de aankleding van de carnavalswagen gebruik wordt gemaakt van stoffering, zorg er dan voor dat de textielproducten niet gemakkelijk ontvlambaar zijn.

Techniek

• Bij gebruik van een aggregaat ter opwekking van elektrische energie dient deze te zijn voorzien van een deugdelijke isolatiebewaking. Er mag maximaal 10 liter brandbare vloeistof als voorraad worden meegevoerd, dit in speciaal daarvoor bestemde houders. Zorg voor een goede toevoer van verse lucht en afvoer van verbrandingslucht.
• Het tijdens de opstelling en de optocht bijvullen van de brandstofvoorraad van het aggregaat en/of compressoren is verboden. Jerrycans en dergelijke zijn dan ook niet toegestaan.
• Het gebruik van flessen met brandbaar gas is niet toegestaan.
• Zorg voor een veilige installatie voor de stroomvoorziening. Alle factoren of omstandigheden die kortsluiting kunnen veroorzaken dienen te zijn uitgebannen.
  Rol een kabelhaspel geheel af.
• Het gebruik van welke apparatuur dan ook op of aan de wagen dient op een veilige manier te gebeuren.
• Bij het gebruik en/of plaatsing van (technische) apparatuur dient rekening te worden gehouden met de warmteproductie ervan. Door de geproduceerde warmte mogen toegepaste materialen in de omgeving niet worden ontstoken.
• Defecte wagens dienen zo snel mogelijk het parcours te verlaten. Uiteenvallen van de optocht dient voorkomen te worden. Indien het defect snel verholpen is en de wagen wederom goedgekeurd is, kan de wagen achteraan de optocht weer ingevoegd worden.

Trekkend voertuig

• De trek- en remkracht van het trekkende voertuig dient ten alle tijden gegarandeerd en ruim voldoende te zijn en in verhouding tot de te trekken wagen te zijn inclusief de personen die zich tijdens de optocht op de wagen bevinden.
• Bij elektrisch aangedreven voertuigen dient de werking en accu gedurende de gehele optocht gegarandeerd te zijn.
• De voertuigen dienen voorzien te zijn van deugdelijke wielen, koppeling, transmissie en motor.
• Als het trekkende voertuig wordt ingepakt, zorg dan voor voldoende ventilatie voor de chauffeur (in verband met de uitlaatgassen). Denk ook aan goede ontsnappingsmogelijkheden in geval van calamiteiten.

Verkeersreglement

• Bestuurders mogen voor en/of tijdens de optocht geen alcoholische dranken nuttigen.
• Bestuurders in de optocht en van en naar de bouwplaats zijn en blijven in de zin van de wet als chauffeur verantwoordelijk voor ongevallen.
• Bestuurders dienen in het bezit te zijn van de nodige rijbewijzen passend bij het motorvoertuig.

Verzekering

• Iedere deelnemer aan de optocht is verplicht zich te verzekeren tegen Wettelijke Aansprakelijkheid (WA).
• Ieder motorvoertuig is verplicht zich te verzekeren tegen Wettelijke Aansprakelijkheid Motorvoertuigen (WAM). De geldigheid van de WAM verzekering dient uiterlijk 14 dagen voor aanvang van de optocht aangetoond te worden. Waar nodig dienen deelnemende motorvoertuigen vooraf bij hun verzekeringsmaatschappij te melden, dat zij voor de duur van 1 dag, deelnemen aan een carnavalsoptocht (dit is niet in alle gevallen een automatisme).
• Groepen deelnemers dienen een zogenaamde groepen-WA verzekering af te sluiten. De organiserende carnavalsvereniging aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid, noch van de deelnemers noch van derden. Deelname is dus voor eigen risico van de deelnemers.
• Een landbouwtrekker dient net als een auto te zijn verzekerd tegen wettelijke aansprakelijk­heid. In de polissen is meestal bepaald dat de verzekeringsdekking geldt bij gebruik van de trekker voor normale agrarische werkzaamheden en eventueel agrarisch loonwerk. Daarnaast kan in de polisvoorwaarden vastgelegd zijn dat er bovendien dekking is wanneer de trekker meerijdt in een carnavalsoptocht of bloemencorso. Veel maatschappijen kennen deze uitbreiding van de dekking echter niet en in dat geval is er dus geen dekking wanneer de trekker wordt ingezet bij b.v. een carnavalsoptocht. De trekker wordt op dat moment gebruikt voor niet in de polis genoemde activiteiten en de maatschappij mag bij een eventuele schade, die zij volgens de wet verplicht is te betalen, verhaal gaan uitoefenen op de eigenaar. Wanneer in dat geval ook het casco verzekerd is behoeft de maatschappij de schade aan de trekker zelf niet te vergoeden.
  Ook voor die gevallen is het dringende advies deze vooraf te melden bij de verzekeringsadviseur of maatschappij. Niet-verzekerde voertuigen dienen door de betreffende groep zelf te worden verzekerd middels een ééndags polis.

Alle schade aan (openbare) eigendommen of werken of vervuiling ervan die wordt veroorzaakt door of vanwege deelnemers aan de optocht zal op de betreffende persoon/personen worden verhaald.

Een onafhankelijke jury –los van CV d’n Doal– zal alle deelnemers beoordelen tijdens de Grote Optoch van Klein Kölle. De jury doet dit voor alle categorieën op basis van onderstaande criteria. Per criteria geeft de jury een score van 1 tot 10. De scores van alle juryleden worden per deelnemer bij elkaar opgeteld en hieruit volgt dan een rangschikking per categorie. De juryvoorzitter zal toezien op de jurering. Bij een eventuele gelijke stand zullen twee criteria (orginaliteit en zelf gemaakt) doorslaggevend zijn. Na de optocht en telling overhandigt de voorzitter van het optochtcomité de uitslagen aan CV d’n Doal.

De criteria:
• Is het idee leuk en origineel?
• Is de afwerking mooi?
• Is het idee actueel?
• Vormt de groep een geheel?
• Beelden ze nog iets extra’s uit (dansje, zingen, etc)?
• Lopen ze mee tot aan de ontbinding?
• Is in de creatie rekening gehouden met de prins / jeugdprinsepaar / boerebroelof?
• Is de creatie (kleding / wagen etc.) zelf gemaakt?